Soms lees je over een boek met een intrigerend idee, dat volkomen lijkt aan te sluiten bij je eigen interessegebieden, waarvan je eigenlijk blind kunt zeggen dat het je zal aanspreken. En dan vergeet je het eigenlijk en kom je er niet aan toe het daadwerkelijk te lezen. Dat gold bijvoorbeeld voor Here, there be dragons van James A. Owen. Op mijn vorige blog schreef ik al in september 2006 dat dit een boek was dat ik graag wilde lezen. Ondertussen zijn er al drie vervolgdelen verschenen en schijnt de verfilming ervan uit te komen in 2011. Dat is iets om naar uit te kijken.
Zoals je kunt afleiden uit het feit dat ik boven dit bericht 'boekbespreking' heb geplaatst, heb ik meer dan drie jaar na dato dan toch dit boek in handen gekregen en gelezen. Lang leve Amazon.co.uk (waar dit boek voor een spotprijsje tweede hands te krijgen is. Ik heb het tweede deel ook maar besteld).
Ik noemde al het intrigerende uitgangspunt van het verhaal. Net als In the courts of the crimson kings is het een postmodern 'stel dat'. Een 'stel dat' dat niet betrekking heeft op de wetenschap (voor science fiction) of de verbeelding (voor fantasy), maar op het genre zelf. Stel dat alle verhalen die in de 'gouden eeuw van het genre' werden geschreven geen fantasie waren, maar werkelijkheid? Stel dat gewone, rationele stervelingen uit onze wereld werden geconfronteerd met de wonderen waar schrijvers altijd over droomden? James Owen stelt deze vraag over het genre van de fantasy (hoewel hij de science fiction niet vergeet): wat als elke wereld uit verhalen, legendes en mythes werkelijkheid werd in de Archipel van de dromen? Wat als gebeurtenissen in deze verborgen wereld invloed hadden op de onze? Wat als er een atlas was van deze droomeilanden? Wat als een figuur uit duistere legendes zijn hand zou willen leggen op dit boekwerk? Wat als deze atlas werd toevertrouwd aan de zorg van mensen met een krachtige verbeelding, die steeds zelf hun opvolgers uitzoeken uit de jongere generatie fantasievolle auteurs en wetenschappers? Wat als deze auteurs op hun beurt werden geinspireerd door hun belevenissen in de wereld van de verhalen? Dat is in het kort de basis achter Here, there be dragons.
Het boek begint in 1917 als de drie jongens John, Jack en Charles elkaar ontmoeten bij het huis van professor Sigurdson, die kort daarvoor vermoord blijkt te zijn. Als ze van de gebeurtenissen bijkomen in een club in 221b Baker Street verschijnt een man met een boek onder zijn arm. Deze Bert vertelt ze dat ze moeten vluchten, omdat de wrede Wendigo ze op het spoor zijn. Half verdwaasd volgen ze hun nieuwe begeleider naar zijn schip, The Indigo Dragon. Terwijl dat de bekende haven van Londen verlaat en terechtkomt in een onbekende zee, vertelt Bert ze een ongewoon verhaal. John blijkt te zijn gekozen als bewaker van de Imaginarium Geographica, de atlas van de verbeeldingswerelden. Hij is echter onzeker over zijn mogelijkheid zijn taak te vervullen. Hij heeft de loopgravenkoorts opgelopen in de oorlog, en hij had zijn studie in de oude talen verwaarloosd. De jonge Jack beziet de gebeurtenissen optimistischer, mogelijk omdat hij een oogje heeft op de kapitein van het schip, de jonge vrouw Aven (die heeft gediend op de Nautilus, onder kapitein Nemo). Zijn impulsieve ideeƫn hebben aanvankelijk veel succes, maar komt hoogmoed volgens de verhalen niet voor de val? Charles ten slotte is bij aanvang meer rationeel. Zijn twijfel aan zijn omstandigheden slaat uiteindelijk om in geloof en vertrouwen. Samen moeten de drie een manier vinden om de atlas uit de handen te houden van de Winter King en de verdeelde culturen van de droomarchipel weer met elkaar te verbinden.
Het verhaal is blijkens de omslag uitgegeven voor tieners, maar het is net als andere goede (kinder)verhalen geschikt voor alle mensen met een beetje verbeelding. Bovendien is de kans groter dat volwassenen de vele klassieke verhalen kennen (of ervan hebben gehoord) waaraan het boek refereert. De vele illustraties (gemaakt door de auteur zelf) bieden een duidelijke toegevoegde waarde. De schrijfstijl is vlot. Geen lange beschrijvingen, geen diepe overpeinzingen. Het verhaal op zichzelf is niet bijster origineel, zoals dat ook gold voor In the courts of the crimson kings. Net als dat laatste boek is het niet de rode draad van het plot waar de kracht van het verhaal ligt, maar de talrijke verwijzingen naar de diepere lagen van de literatuur, symbolen, personen en gebeurtenissen uit bekende en minder bekende verhalen en mythen, die samen een overtuigende realiteit vormen. Alles komt voorbij, van de Arthurlegendes tot Alice in Wonderland, van de Griekse mythen over Prometheus en Pandora tot de sprekende dieren uit De wind in de wilgen. Van Kapitein Haak tot oude, wijze draken. Zelfs kapitein Nemo en zijn Nautilus worden op zo'n manier in het verhaal opgenomen dat hij een logisch deel uitmaakt van de Archipelago of Dreams. En dan zijn er nog de intrigerend verwerkte vooruitwijzingen naar de verhalen die de drie hoofdpersonen uiteindelijk zelf zouden schrijven (ik ken maar van twee van hen de verhalen echt goed, helaas, maar daarvan zag ik veel hints terugkomen). Het was nooit een op een, en soms was het zo geschreven dat twee of drie van hen door dezelfde gebeurtenis aan het denken waren gezet (zoals wanneer hun schip over een verzonken land vaart). En een scene bij een gesloten elfendeur geeft een originele draai aan een situatie die bekend is uit een boek van de hoofdpersoon en de film die daarvan gemaakt is.
De karakters uit onze 'echte' wereld (maar wat is echt?) zijn behoorlijk overtuigend gebracht. Veel historische feiten kloppen (sommige helaas niet, blijkt, zoals de verklaring voor de naam Jack), genoeg om in ze te geloven als karakters. Wat ik een beetje miste was een verwijzing naar het christelijke geloof van de hoofdpersonen. Van een van de drie weet ik dat hij op het moment dat het verhaal speelt een atheist was, maar van een ander weet ik dat hij zijn hele leven een behoorlijk overtuigd katholiek is geweest. De drie werden later bekend als de hoofdfiguren in een groep christenschrijvers en -intellectuelen, en ik hoop dat deze kant van hun persoonlijkheden in vervolgdelen niet wordt vergeten. Deze zal ik namelijk zeker gaan lezen!
In mijn blog van drie jaar geleden gaf ik al aan waarom dit type verhalen mij zo aanspreekt: het idee dat ons leven deel uitmaakt van een groter verhaal, waarin wij (hoe gewoon we ook zijn) een rol spelen van betekenis. Daarover wijd ik hier niet verder uit. Dit was in elk geval een belangrijk aspect van het boek. Wat ik ook interessant vindt is het feit dat het om gebeurtenissen in onze wereld te veranderen noodzakelijk blijkt te zijn in te grijpen in de wereld van de Imaginarium Geographica. Onrust in de wereld van de verbeelding leidt tot onrust in de wereld van de menselijke relaties. Of anders gezegd: de verhalen die je leest, hoort en vertelt, vormen je karakter en het karakter van je wereld. Verhalen vormen de ondergrond van de cultuur, ze bepalen wat de mensen in de cultuur belangrijk vinden, wat ze goed en waardevol vinden en waar ze naar verlangen.
Als je veranderingen wilt aanbrengen door wetten op te leggen, oorlogen te voeren of op een andere manier het gedrag van mensen van buitenaf te veranderen, ben je gedoemd te falen. Je kunt een samenleving alleen veranderen als je ingrijpt op het niveau van de verhalen onder die samenleving. Dan verander je mensen van binnenuit. Als mensen een nieuw verhaal in hun hart sluiten, leidt dat ertoe dat ze keuzes gaan maken die overeenstemmen met dat verhaal, ten goede of ten kwade. Mensen als Hitler begrepen dat: ze vertelden hun volk een verhaal over lotsbestemming, tegenwerking door derden en gerechtvaardigde wraakoefeningen. Dat was genoeg om de hele wereld in het onheil te storten. Jezus aan de andere kant vertelde verhalen over het koninkrijk van God. Waar verstotenen thuis konden komen, waar zieken werden genezen, waar kinderen waardevol waren, en de zachtmoedigen de erfenis kregen. Dit verhaal was totaal anders dan de verhalen van onderdrukking en verzet van toen, en totaal anders dan de verhalen van evolutie, de strijd van de sterkste en het eigen kunnen van nu. Jezus' verhaal heeft ook in onze tijd de kracht om de harten van mensen te veranderen. Wij mogen de vertellers zijn van dat verhaal, dat niet maar fantasie is, maar door God werkelijkheid wordt gemaakt.
Er is geen verhaal, zei een van de hoofdrolspelers van dit verhaal ooit, "waarvan de mensen liever zouden willen dat het waar was, en geen dat zoveel sceptische mensen om zijn eigen verdiensten als waar hebben aanvaard… Legende en historie hebben elkaar ontmoet en zijn versmolten."
Dit boek geeft een suggestie van de kracht van deze unieke combinatie.