maandag 16 januari 2012

Filmbespreking: Beauty and the Beast

Een van mijn favoriete auteurs, John Eldredge, stelt dat wij leven in een dramatisch liefdesverhaal, dat zich afspeelt tegen de achtergrond van een kosmische strijd. “De bijbel presenteert het evangelie als een heilige romance,” schrijft hij in De Strijd om je Hart (Eng. The Sacred Romance), “als een drama van kosmische proporties. Een romance waarin God de held is, die dingt naar de hand van zijn beminde.” Dit verhaal is het diepste element van de werkelijkheid. Wij zijn hiervoor geschapen. Dit is waar we ten diepste naar verlangen.
Onze verhalen, onze sprookjes, reflecteren de werkelijkheid van het Verhaal van het Universum. Het zijn niet zomaar verzinsels, niet slechts verstrooiing voor een moment op de bank. Niet een futiele ontsnapping aan een kille, hardvochtige werkelijkheid. Tolkien heeft zich sterk verzet tegen de beschuldiging aan het adres van sprookjes van escapisme. De ontsnapping die sprookjesverhalen bieden is volgens hem niet de vlucht uit het leven van de deserteur, maar de vlucht naar het leven van de gevangene. “Waarom zou iemand worden gehoond als hij, wanneer hij merkt dat hij in een gevangenis zit, probeert uit te breken en naar huis te gaan? Of wanneer hij dat niet kan, aan andere onderwerpen denkt dan gevangenisbewaarders en gevangenismuren? De wereld buiten is niet minder echt geworden omdat de gevangene die niet kan zien!” Het verlangen naar echte avonturen, echte relaties, echte schoonheid, dat wordt opgewekt door de beste sprookjesverhalen, het verlangen naar echte betekenis, leidt tot actief verzet tegen de allesdoordringende zinloosheid van het materialistische wereldbeeld. Verhalen verdoven ons niet, maken niet dat we het onrecht en de leegheid van onze omgeving accepteren. Ze motiveren ons, ze geven ons hoop dat er meer mogelijk is dan de dagelijkse sleur.

In de film Beauty and the Beast hebben sprookjes dit effect op Belle. Haar verhaal mag als bekend worden verondersteld. Ze groeit op in een dorpje op het Franse platteland, maar ze is er niet echt op haar plek. Haar vader, de excentrieke uitvinder Maurice, wordt er beschouwd als een zonderling en haar liefde voor boeken en sprookjesverhalen vindt geen herkenning (behalve bij de boekverkoper althans). Toch heeft de knappe en sterke Gaston zijn oog op haar laten vallen. Hij moet en zal met haar trouwen, ook al heeft Belle heel andere idealen dan een leven als sloof in de mannenhuishouding die hij voor ogen ziet: uit haar sprookjesboeken heeft ze een passie gekregen voor schoonheid, voor avontuur, voor romantiek. Haar wens wordt sneller ingewilligd dan ze kan beseffen. Op een dag vertrekt Maurice namelijk naar een uitvinderstentoonstelling. Hij raakt echter de weg kwijt en komt terecht bij een groot kasteel diep in de bossen. De kasteelheer blijkt niet blij te zijn dat zijn rust verstoord is en werpt de oude man in de kerker. Als Belle er achter komt wat haar vader is overkomen, reist ze hem achterna. Ze vindt het kasteel, en biedt aan zelf te blijven in de plaats van haar vader. De kasteelheer accepteert haar aanbod. Maar waar heeft ze zich mee ingelaten? Het kasteel is namelijk betoverd. Het meubilair leeft, net als het servies en het keukengerei, en de kasteelheer is een groot, harig monster in mensenkleren. De antwoorden op haar vragen zijn te vinden in de westelijke vleugel van het kasteel, maar het beest heeft haar verboden daar ooit een voet te zetten. Welk geheim probeert hij voor haar te verbergen?

Beauty and the Beast is een prachtige film. Vooral op blu-ray komen de gedetailleerde achtergronden, die lijken op landschapsschilderijen uit de negentiende eeuw, tot hun recht. De liedjes zijn grappig en meeslepend - opgebouwd als musical-nummers. De makers van de film kozen voor een Broadway-aanpak (en niet voor niets was dit de eerste Disney-film die zelf werd gebruikt als basis voor een musical. Alle personages in de film hebben een eigen karakter, tot de kleinste toe (zoals het theekopje Chip, of het paard Philippe) en er gebeurt op de achtergrond van de scenes zoveel dat ik zelfs na drie keer kijken nog niet alles heb opgemerkt. De interactie tussen levende kandelaar Lumiere en wandelende klok Clogsworth is steeds boeiend. Maar vooral de hoofdpersonen zijn goed neergezet. Belle is niet de standaard Disneyprinses die speelbal is van machten buiten haar om - nee, het verhaal wordt door haar keuzes voortgedreven. Ze is niet passief, zoals een assenpoester, doornroosje of sneeuwwitje, maar heeft een actieve rol. Het beest is angstaanjagend, maar tegelijk aandoenlijk. Zijn tragische achtergrond wordt goed in beeld gebracht. Door de karakters blijft de film -ondanks de vele liedjes en verbale en visuele humor- bij de kijker hangen als avontuurlijk liefdesverhaal. Hij verliest zijn kracht ook niet als je hem vaker hebt gezien, maar lijkt alleen maar sterker te worden. Misschien dat het feit dat ik sinds kort zelf een ‘beauty’ in mijn leven heb, meespeelt, maar mijn ogen werden af en toe wel wat vochtig bij de laatste kijkronde. Mijn favoriete filmrecensent Steven Greijdanus is ook enthousiast over de film en steekt dat enthousiasme niet onder stoelen of banken.

Het epische liefdesverhaal uit Beauty and the Beast is een prachtig beeld van de heilige romance, het verhaal achter onze werkelijkheid. Je moet echter wel een paar rollen omdraaien. In dit verhaal is het niet het beest, of Gaston, die ons een beeld geeft van de onvoorwaardelijke en levensveranderende liefde van God. Het is Belle. Zij aarzelt geen moment om haar leven te geven in de plaats van haar vader. Ze offert zichzelf op. Niet alleen zal ze het dorp niet meer zien, ook haar vader zal ze niet meer mogen ontmoeten. Ze woont nu in het kasteel. Dat is haar thuis geworden. Dat kasteel heeft echter een dramatische verandering ondergaan. Volgens de proloog bij de film had de knappe prins die er woonde namelijk geen liefde in zijn hart. Een betovering zorgde ervoor dat zijn uiterlijk overeen kwam met zijn innerlijk. Hij werd ook aan de buitenkant een beest. Een monster. En ook zijn kasteel veranderde in een woest spookkasteel. Hoe het kasteel er uitzag, was hoe het hart van de prins er had uitgezien. Daarom zou je kunnen stellen dat Belle door haar opoffering symbolisch in het hart van de prins kwam te wonen. En puur en alleen de aanwezigheid van Belle in zijn hart verandert hem (en dus uiteindelijk ook het kasteel).
Het beest stond er voor open veranderd te worden. Hij was namelijk al geconfronteerd met de gevolgen van zijn liefdeloosheid. De prins wist dat hij een monster was - van binnen en van buiten. Hij probeerde niet langer een prinselijk leven in stand te houden, hij probeerde niet langer te doen alsof hij iets voorstelden in de wereld. Maar voordat Belle in zijn leven verscheen meende hij dat het verbreken van de vloek over zijn leven zijn eigen verantwoordelijkheid was. Hij dacht dat het zijn eigen taak was te voldoen aan de eis van degene die hem had gestraft voor zijn liefdeloosheid. Daarom denkt hij aanvankelijk dat hij Belle kan controleren. Zij is er voor hem, vindt hij, ze moet zorgen dat zijn leven aangenamer wordt. Als ze dreigt te vertrekken, valt hij tegen haar uit, en schreeuwt hij tegen haar. Vervolgens meent hij dat hij iets voor haar moet doen. Hij moet haar geschenken geven, hij moet haar een bibliotheek kado doen, om te zorgen dat ze bij hem blijft. Hij gebruikt als motivatie straf en beloning. Maar hij bereikt zijn doel er niet mee.
Uiteindelijk ontdekt het beest wat liefhebben werkelijk betekent. Degene die geen liefde kende, begint van iemand te houden. En dat betekent dat hij Belle vrij laat. Liefde kan namelijk niet iemand dwingen, liefde kan niet iemand manipuleren. Liefde laat de ander vrij om ook lief te hebben (of niet, als de ander niet wil). Het beest geeft daarom zijn pogingen tot controle op, hij probeert haar niet langer te manipuleren, hij verwacht niet langer haar loyaliteit in ruil voor zijn geschenken, hij eist van haar niet langer dat ze in zijn behoeftes voorziet. Hij verplicht haar zelfs niet bij hem te blijven. Niet langer staat hijzelf centraal, maar zij. Zijn keuzes worden niet meer gemotiveerd door zijn eigenbelang, maar door haar belang. Hij heeft haar lief. Zonder voorwaarden. Hij is zelfs bereid om voor haar te sterven, als zij maar kan leven. Pas als hij zo aan zijn eigen ego sterft, wordt de vloek opgeheven en krijgt hij het leven terug waarvoor hij bedoeld was. En doordat hij zelf verandert, verandert zijn omgeving ook. De liefde is als een olievlek, die zich steeds verder uitbreidt en uiteindelijk alles omvat.
Maar degene die aan het begin van het verhaal zo opschept dat hij zijn leven goed voor elkaar heeft, die weet dat hij door iedereen gewaardeerd wordt en dat de vrouwen om zijn aandacht smeken, degene die beseft dat alle mannen zoals hij willen zijn en dat hem niets onmogelijk is, die verandert niet. Hij wil en kan Belle niet vrijlaten - hij organiseert zelfs al een trouwerij voor hij haar ook maar een huwelijksaanzoek heeft gedaan. En naar haar “nee” luistert hij niet. Als hij doorkrijgt dat ze gevoelens heeft voor het beest, is het vastbesloten zijn concurrent uit de weg te ruimen (en daarvoor gebruikt hij zijn macht, zijn wilskracht, zijn ego). Ook hij ontdekt daarvan de grenzen. Al zijn mannen zijn gevlucht en hijzelf is door het beest verslagen. En zelfs Gaston krijgt genade aangeboden. Maar in plaats van zijn verlies toe te geven, neemt hij opnieuw een wapen op. Hij wijst zelf het leven af. Deze man, die zo geslaagd leek, blijkt door zijn keuzes werkelijk een monster te zijn. En wie leeft door het zwaard, sterft door het zwaard, suggereert de bijbel. Zo komt Gaston inderdaad ten einde. Ieder ander wordt opgenomen in de verandering die het gevolg is van de onvoorwaardelijke, wederkerige liefde van Belle en het beest.

Deze film toont werkelijk een ‘Tale as old as time, song as old as rhyme’ (zoals de woorden gaan van het bekendste lied). Het verhaal van de opofferende liefde ligt ten grondslag aan onze werkelijkheid. Wij zijn namelijk als het beest. We zijn geneigd onszelf op de eerste plaats te zetten en ons eigenbelang te dienen - de kern van de zonde! En dat heeft gevolgen voor ons. Ons leven draagt de vruchten van de liefdeloosheid. We zijn zelf echter niet in staat om ons leven om te keren, om de liefde te laten terugkeren. Wie dood is kan zichzelf niet levend maken. Onze kracht, ons ‘ego’, schiet tekort.
Maar we hoeven het ook niet te kunnen - God is het die zich in Jezus heeft opgeofferd. Hij heeft ons opgezocht in de dood, in het vergane, donkere kasteel van ons hart. Hij heeft zich met ons vereenzelvigd. Hij deed dat uit eigen keuze. Het was niet om iets dat wij hadden gedaan, en we hoeven er ook niets voor terug te doen. Hij deed het omdat hij van ons houdt. Dat is moeilijk te begrijpen. Wat is er in ons voor hem om van te houden? Wij zijn van onszelf gaan geloven wat andere mensen zeiden, we zien onszelf als ‘stom’, ‘lelijk’ of ‘onhandig’. En omdat we niet geloven dat God van ons kan houden, proberen we hem te manipuleren. We denken dat we hem ertoe kunnen brengen ons leven makkelijk te maken en ons voor onheil te beschermen. En we denken dat we daar van alles voor moeten doen, dat we hem moeten dienen, dat we hem in ruil voor zijn gaven aan ons iets terug moeten geven.
Maar die technieken werken niet op God, en God gebruikt die tactieken niet op ons. God weet hoe we oorspronkelijk waren, hoe Hij zelf ons bedoeld had. Hij ziet onze schoonheid, ook als we die zelf zijn vergeten. En hij wil onze ogen daar ook voor openen. God wil ons laten zien wie we werkelijk zijn: zijn kinderen, zijn vrienden en het allerintiemst: zijn geliefden. Zijn bruid, degene voor wie hij alles over heeft. Niet zodat wij hem vervolgens zouden gaan dienen, niet zodat wij een taak voor hem kunnen uitoefenen. Zijn liefde is niet bedoeld om ons te veranderen - dan zou het een vorm van controle zijn. God houdt van ons zonder iets terug te eisen, omdat hij ernaar verlangt dat wij hem gaan liefhebben. Hij verlangt naar een wederkerige relatie - van twee personen die uit eigen keuze elkaar dienen. Als wij inderdaad onze pogingen tot controle loslaten, en zijn liefde voor ons accepteren, kan het niet anders of we zullen van God gaan houden. En daardoor zullen we veranderen. Gods bedoeling wordt hersteld, we worden weer werkelijk Gods beelddragers. Eeuwig leven zal in ons opbloeien en de gevolgen ervan zullen onze hele omgeving doortrekken.
Ik vind het heel passend dat deze film eindigt met een dans. De oosterse orthodoxie gebruikt dat als beeld voor de drie-eenheid: de perichoresis, de eeuwige dans van liefde. Wij veranderen doordat God ons daarin opneemt, en wij nemen vervolgens anderen op in die vrije uitwisseling van liefde. Tot er niets anders zal zijn dan deze dans, en God zal zijn alles en in allen. De enige manier om daarvan buitengesloten te blijven, is stug te blijven vasthouden aan je eigen leven, je positie, je controle over je imago en je geluk. De enige manier om niet mee te doen aan de dans is je eigen muziek te willen blijven horen en je eigen ritme als leidraad vast te houden. Je ontvangt de genade alleen niet, als je er niet van afhankelijk wilt zijn.
Is dit allemaal zo bedoeld door de filmmakers? Vast niet, hoewel Glen Keane, de animator die onder andere het beest ontwierp, bekend staat als Christen. Is dit het verhaal van de bijbel? Ja, zeker! Wil je daar meer over weten, dan is The Sacred Romance van John Eldredge een mooie start, of The Divine Romance van Gene Edwards. Kijk de films, lees de verhalen, bestudeer de liefde van God. Waar het om gaat is dat je gaat verlangen naar een romance die deze werkelijkheid overstijgt.