Ha, als zo’n kop geen lezers trekt, ben ik niet in de wieg gelegd voor marketeer. Maar hoewel de titel wel de lading van dit bericht zal dekken, is dit geen verslag van een romantische ontmoeting op dit muziek-, theater- en lezingenfestival, of een lofzang op een van de artiesten die het podium de afgelopen jaren betraden. Ik ga er trouwens komend weekeinde weer heen, voor de vijfde keer. Op mijn blog en mijn twitteraccount zal het dus wat rustig zijn de volgende dagen.
Vorig jaar was ik ook op Flevo en ik kan oprecht zeggen dat het een levensveranderende ervaring was. Dan heb ik het niet over koffiedrinken uit een plastic wijnglas, de gesprekken met vrienden terwijl uit de tent aan de andere kant van het hek luide basdreunen klonken, het beetje dat ik van de folk-/bluegrassmiddag meekreeg, de discussie over kerk-zijn die ik bijwoonde, de optredens van Neil Morse, of een onverwachte ontmoeting terwijl ik op iemand anders stond te wachten. Waar ik het over wilde hebben, gebeurde trouwens al voordat ik ook maar een voet op het festivalterrein gezet had.
Koffie uit een wijnglas |
Ik had een tijd lang op station Apeldoorn zitten wachten op de pendelbus naar het Flevofestival (ik had natuurlijk een boek bij me en de zon scheen, dus het was niet onaangenaam). Uiteindelijk wist ik een plaatsje in een bus te bemachtigen (ik was niet de enige op het station). Even later werden we afgezet vlak bij de ingang van het terrein. Ik zag even verderop de kraampjes staan waar mensen hun toegangsbewijs konden halen, en de poort waardoor je het terrein op kon. Ook omdat ik twee tassen aan bagage meezeulde, besloot ik me niet te haasten. Op mijn gemak liep ik naar de dichtstbijzijnde kraam. Ik weet nu niet goed meer waar ik precies over aan het nadenken was. Ik las een boek over wereldbeelden, misschien dat dat er iets mee te maken had. Het was een beslissing die ik maakte, maar het ging gepaard met een stellige overtuiging, een plotseling gevoel van zekerheid. Het was, om het zo maar eens te zeggen, een vrije keuze die ik moest maken. Ik koos er namelijk voor om voortaan alleen nog te luisteren naar boodschappen die in overeenstemming waren met de waarheid van de onvoorwaardelijke liefde van God. Ik besloot tegelijkertijd dus ook om niet meer te luisteren naar woorden, preken, liedteksten, boeken enzovoorts, die ontkenden dat de liefde van God onvoorwaardelijk is, of dat in twijfel trokken. En hetzelfde gold voor mijn eigen gedachten: ik zou alleen nog waarde hechten aan gedachten die overeenkwamen met de liefde van God, en niet meer aan gedachten die de liefde van God minder groot maakten. Ik herinner me dat ik even op mijn plek stilstond, bijna verbaasd door de rotsvaste overtuiging achter mijn keuze. Ik wist ook niet waar die plotselinge zekerheid vandaan kwam. Ik wist alleen dat ik toen ik de bus was uitgekomen, met mijn verstand wel aannam dat God van mij hield, maar dat ik toch steeds tot twijfelen werd gebracht door anderen die me vertelden dat ik van alles moest doen of laten, dat ik iets moest zijn of niet zijn om voor God aanvaardbaar te zijn. Ik durfde niet alles in te zetten op de bijbelse belofte dat God liefde is. Ik hield iets van mezelf achter. Ik bleef tegelijk proberen mezelf te verbeteren, en bleef mezelf afwijzen als ik faalde. Maar toen ik aankwam bij de stal om mezelf in te schrijven, had ik de knoop doorgehakt. Achteraf kan ik het alleen als een bovennatuurlijke ervaring beschrijven, als een duwtje van God waardoor de weegschaal doorsloeg. Ik voelde me opgelucht, alsof er iets van me was afgevallen, en de natuur en de mensen om mij heen leken een extra glans te hebben gekregen. Dit bleek ook het eerste Flevofestival waarbij ik kon genieten van het moment, waarbij ik kon dansen tussen de mensen, zonder me steeds van mezelf bewust te zijn.
Deze veranderde instelling ebde gedurende het weekeinde niet weg, mijn keuze stond de volgende dag nog net zo vast. Het was dus geen oprisping geweest, niet een kortstondige gedachte, die direct weer door nieuwe ideeen werd overschreeuwd. Daarom wilde ik mijn beslissing als het ware officieel maken, of bevestigen, door haar in gebed uit te spreken. Ik zocht de gebedstent op, en vroeg twee mensen daar om met mij te bidden. Eerst sprak ik uit dat ik voortaan alleen wilde geloven in Gods liefde, vervolgens baden de voorbidders voor me. Ik herinner me niet alles meer wat ze zeiden, maar een van hen haalde de tekst aan uit Efeze 3:17, waar Paulus bidt dat zijn lezers ‘geworteld en gegrondvest’ zullen blijven in de liefde. Hij voegde eraan toe dat het was alsof ik als een plant verpot was, ik was in andere aarde gezet en mocht er nu diep in wortelen. Op die manier zou een stevig basis ontstaan. Ik vond dat erg mooi, ook omdat ik die tekst uit Efeze zelf ook de maanden daarvoor enkele malen in mijn gedachten had gekregen.
Ik weet niet hoe het bij jullie gaat na dergelijke ervaringen, maar zelf begin ik soms al na een paar dagen aan mezelf te twijfelen. Wat het echt wat ik had ervaren? Had God er een hand in? Of had ik mezelf voor de gek gehouden? Waar ik nu niet meer aan twijfel is dat God, als hij tot mij heeft gesproken, dat ook wil bevestigen. Kort nadat ik van het Flevo-festival was thuisgekomen, besloot ik namelijk mijn post te openen. De eerlijkheid gebied mij hier te zeggen dat ik hier vaak laks in ben. Het komt voor dat de post zich weken lang, soms meer dan een maand, blijft opstapelen in mijn postvakje (behalve als ik boeken besteld heb over het internet, dat geeft mij een reden om vaker te kijken). Zo ook nu: ik had al meer dan een maand mijn post niet geopend. Dat betekende dat ik ook nu pas mijn verjaardagskaarten onder ogen kreeg, hoewel ik bijna een maand eerder jarig was geweest. Beter laat dan nooit, zullen we maar zeggen. Een vriend en vriendin van me hadden op hun kaart een tekst uit de bijbel geplaatst, en wel uit Psalm 52:10: “Maar ik ben als een groene olijfboom in het huis van God. Ik vertrouw op de liefde van God voor eeuwig en altijd.”
Het was alsof die woorden als een pijl in mijn hart doordrongen. Want dit was precies wat ik het weekeinde ervoor op Flevo had besloten. Ik had besloten dat ik altijd, in elke omstandigheid, wilde geloven dat God liefde is, onvoorwaardelijke liefde, en dat Hij dus steeds het beste met mij voorheeft. Ik realiseerde me dat ik lang onbewust had gemeend dat vertrouwen een soort gemoedstoestand was, die kon komen en gaan, maar nu besefte ik de waarheid: vertrouwen is een keuze. Bovendien is Gods liefde de enige echte basis voor vertrouwen. Gods almacht is dat bijvoorbeeld niet. Want het feit dat God almachtig is, wil niet zeggen dat hij het beste met je voorheeft. Hij kan dan nog steeds onvoorspelbaar zijn, nu eens goed, dan weer slecht. Maar Gods liefde is een echte basis om je hoop op te stellen. Ook het eerste gedeelte van het vers sloot aan bij mijn ervaring op Flevo, omdat het spreekt over een boom, die op gewijde grond staat. De olijfboom schijnt heel diep te wortelen, en zo water diep in de bodem te kunnen aanboren (er staat hier ook 'groene olijfboom', dus hij heeft water gevonden: de liefde van God). Olijfbomen staan dan ook stevig op deze basis (er schijnen olijfbomen te zijn van duizenden jaren oud).
In de weken die volgden moest ik mezelf er regelmatig aan herinneren, dat ik had besloten om geen boodschappen meer te geloven die in strijd waren met de onvoorwaardelijke liefde van God. Die andere boodschappen lijken namelijk soms behoorlijk overtuigend. De keuze om te vertrouwen op de liefde van God bleek niet een eenmalige keuze, maar een beslissing die ik keer op keer moest nemen. Eigenlijk elke dag. Wat ik wel merkte was dat mijn piekerbuien korter leken te duren, en ik meer kon genieten. De kringleiders van de bijbelkring van de kerk merkten dit voorjaar op dat afgelopen winter volgens hen mijn beste winter in vijf jaar was geweest. En daar hadden ze gelijk in. Bovendien heb ik nooit zoveel ontdekt over de liefde van God en wat die betekent als in het afgelopen jaar. Ik ben ook begonnen die liefde te voelen, te ervaren, waar het eerst vooral een theoretische kennis was. Een heel aantal berichten op mijn blog zijn uit die ervaringen afkomstig. Tegelijk besef ik dat ik nog veel te ontdekken heb. Wat ik nu begrijp van de liefde van God is nog maar de oppervlakte. Ik kom er steeds meer achter wat de 'lengte en breedte, hoogte en diepte' is van de liefde van Christus, die alle verstand te boven gaat (Efeze 3:19).
Ik weet nog niet wat het komende Flevo-festival gaat brengen. In elk geval goede muziek, interessante lezingen, hier en daar een regenbui, hopelijk boeiende gesprekken en spontane ontmoetingen. Misschien dat ik weer iets zal ontdekken van wie God is. Wat er ook gebeurt, ik wil er in elk geval van gaan genieten.