Ondertussen zijn we weer een week verder en is de titel van mijn boek veranderd. De uitgever stelde voor ervan te maken: 'De loser die wint ... Als God je verhaal vertelt'. Dat bekt toch net wat lekkerder en dekt tegelijk prima de lading. Ik heb van de week de laatste correcties in de proef aangebracht, en kreeg ook al de coverontwerpen onder ogen. Dat allemaal wil zeggen dat het moment van publicatie nu wel heel dichtbij komt. Dat is wel een raar idee, na bijna drie en een half jaar.
Tijdens het schrijven van dit boek werd ik zelf ook weer met mijn zwakheid geconfronteerd. Zoals mijn vrouw wel eens tegen me zegt: 'Je bent heel hard voor jezelf. Maar in je boek schrijf je juist dat dit niet uitmaakt. Ook al lukt het je niet aardig te zijn voor jezelf, God houdt toch van je en uiteindelijk zal alles goed komen."-of woorden van die strekking. Ze zegt ook wel eens: "Als ik al zo van je kan houden, met al die tekortkomingen die jij in jezelf denkt te zien, dan moet de liefde van God voor jou nog veel groter zijn! Denk je het eens in!" En ik weet dat ze gelijk heeft, maar toch lukt het me niet goed te ontspannen.
Lezers hebben het ook over 'Indrukwekkende Vrijheid' gezegd, dat het leek alsof ik nog tegen mezelf aan het preken was. Dat ik zelf nog niet vrij was toen ik het schreef. Dat klopt! Ik dacht bijvoorbeeld nog dat hetgene waar ik mee worstelde, verslaving of passiviteit was. Dat ik mezelf moest dwingen om goede of nuttige dingen te doen. Nou, laat ik maar zeggen dat ik heb ontdekt dat dit niet echt mijn probleem is. Ik vind het eerder moeilijk tot rust te komen. Vooral omdat ik me veel aantrek van de mening van anderen. Bijvoorbeeld op kantoor.
Zo was 2011 voor mij geen makkelijk jaar. Om te beginnen was de koers van het Tijdschrift voor Diergeneeskunde ingrijpend gewijzigd, van een wetenschappelijk tijdschrift naar een journalistiek vakblad met vaste rubrieken. Daarbij werd veel van mij gevraagd, onder andere om voor een deel van het blad verantwoordelijk te zijn. Aanvankelijk onder een eindredacteur, maar toen die werd ontslagen, bleek ik die verantwoordelijkheid opeens in mijn eentje te moeten dragen. Terwijl ik juist had aangegeven opnieuw last te hebben van slaapproblemen. Elke maand weer moest ik ervoor zorgen dat alle rubrieken gevuld waren, en er niets fout ging met de artikelen. En dat was funest voor mijn nachtrust. Slaap is altijd al mijn achilleshiel geweest, en dit jaar maakte ik opnieuw korte nachten, waarin ik acht of negen keer per nacht wakker werd. En toch ging ik door.
De stress had nog andere symptomen. Ik zweette bijvoorbeeld veel en had vaak hoofdpijn. Elke dag opnieuw kwam rond drie uur de man met de hamer langs. En sinds 2009 had ik ook nog eens last van vrij ernstige eczeem, die ik tot bloedens toe open krabde. Ik had zalfjes voorgeschreven gekregen, maar ik moest er elke dag aan denken die te smeren. En vooral als je toch al slecht slaapt en moe bent, wil dat er nog wel eens bij inschieten. Vooral die plek boven op mijn rechtervoet, toch al uit het zicht. Ik wreef er vaak over met mijn andere hak, en de plek schilferde helemaal af. Ik was er niet goed aan toe. Ik kreeg in die periode verkering met Bianca, en ze was zelfs bang dat ik me kapot zou werken. Ik zag namelijk elke keer dat we elkaar zagen lijkbleek en had elk weekeinde hoofdpijn. Ze kende me ook alleen met van de stress opgetrokken schouders. Ik wist echter niet wat ik eraan kon doen. Het Tijdschrift moest immers elke maand gemaakt worden, ik moest er zijn voor mijn vriendin, en ga zo maar door ... En dan heb ik het nog niet eens over alles wat ik volgens de kerk voor God zou moeten doen of laten!
Bianca had mij dus eigenlijk alleen maar gespannen (of zelfs overspannen) meegemaakt. Tot maart 2012 (toen we dus al meer dan vier maanden verkering hadden). Toen had ik namelijk een week vrij genomen om een begin te maken aan mijn boek. Op onze vaste avond samen ging ik naar onze ontmoetingsplek op Utrecht CS. En Bianca's ogen werden groot. Want nu zag ze me met ontspannen schouders, en een rustig gezicht. Zelfs mijn stem was volgens haar anders. Zoveel effect had het dus op me om met schrijven bezig te zijn!
Na die week moest ik echter terug naar kantoor. Ik schreef in de trein en in de lunchpauze en schoot aardig op. Maar mijn slaap werd wel weer slechter. En het eczeem op mijn voet bleef ik open krabben. Tot ik eind april ziek werd. Het begon met plotselinge koorts tijden een redactievergadering. Ik voelde me heel beroerd. De dag erna was ik weer goed genoeg om naar kantoor te gaan, maar 's middags keerde de koorts terug. Ik meldde me ziek. De treinreis was een marteling. Maar eigenwijs als ik was, dacht ik dat het vanzelf wel over zou gaan met genoeg paracetamols, dus ik nestelde me op de bank met de film Les Miserables uit 1998. Het was erg raar Fantine aan koorts te zien overlijden, terwijl ik duizelig op de bank zat. De volgende dag was het niet beter. De thermometer gaf 39,5 aan. Maar ik bleef hopen dat het wel mee zou vallen. Ik lag op bed, en had een fles water op de kast in de buurt gezet, maar ik voelde me te zwak om te gaan zitten en te drinken. Ik kon niks anders dan liggen. Berichtjes van mijn vriendin via facebook beantwoordde ik met eenregelige zinnen - niet met hele epistels zoals gebruikelijk. En mijn voet deed ondertussen ook pijn, maar ik keek er niet naar.
De dag erna was het nog steeds niet beter. En toen belde ik mijn ouders -allebei huisarts. Ik durfde bijna niet te vertellen dat ik dacht dat er iets met mijn been aan de hand was, omdat ik bang was dat ze me zouden zeggen dat ik niet goed voor mezelf gezorgd had, dat ik had moeten smeren, of iets dergelijks. Maar niets van dat alles gebeurde. Ze kwamen naar me toe, twee man sterk, en bekeken mijn been. Dat was helemaal rood en opgezwollen. Tot bijna twee keer de normale omtrek. Als ik erop ging staan, leek het alsof ik met naalden werd gestoken. Ik kon me bijna voorstellen hoe het was gemarteld te worden.
Wat was er aan de hand? Mijn ouders wisten het, ook al het ik er nooit van gehoord, maar daar waren zij huisarts voor: wondroos. Erysipelas. Als je een sterke maag hebt, moet je er maar eens op googelen, maar de plaatjes zijn niet prettig. Een bacteriële infectie van de diepe lagen van de huid. Waarschijnlijk het lichaam binnengekomen via de eczeemplek. En zonder antibiotica kan het dodelijk aflopen. Ik had bijvoorbeeld in shock kunnen raken. Of het weefsel had kunnen gaan afsterven! Gelukkig waren we er op tijd bij. Ik werd door mijn ouders meegenomen. Ik kreeg een zware antibioticakuur. Mijn been werd steeds gekoeld en ingezwachteld, om de druk te verminderen. Ik was, eigenlijk voor het eerst in mijn leven, werkelijk doodziek.
Langzaam ging het beter. De pijn nam af, mijn been was steeds minder opgezwollen, en de rode kleur trok een beetje weg. Ik kon er ook al een beetje op lopen. En zodra ik goed genoeg was om rechtop te zitten, ging ik verder met schrijven. Want uitzieken (of mezelf rust gunnen) zit niet in mijn systeem. Twee weken nadat ik ziek werd (mijn ouders vonden het eigenlijk nog te vroeg, want ik zat nog onder de antibiotica en was na een treinreis al doodmoe) ging ik naar kantoor. Die eerste dag was echter een ramp. Opmerkingen die ik kreeg, suggereerden dat ik me al eerder beter had moeten melden, dat ik te makkelijk met mijn ziekte was omgegaan. En ik voelde me daardoor zo wanhopig, dat ik spijt had dat ik op de vijftiende verdieping woonde. Want voor het eerst drong serieus de gedachte zich bij me op om over de reling van het balkon te springen. Ik wist die gelukkig dezelfde avond nog te verdringen. Zo belangrijk is mijn werk nou ook weer niet. Maar deze gedachten suggereerden wel hoe gevoelig ik nog steeds was voor kritiek. Hoe gevoelig ik was door anderen 'zwak' gevonden te worden.
De weken erna schreef ik mijn boek af. Ik had in de praktijk ondervonden wat het is 'zwak' te wezen. Niets anders te kunnen dan op bed liggen en voor me te laten zorgen. Mijn zelfverwaarlozing te laten zien, zonder bang te zijn voor oordeel, en met de gevolgen te leren omgaan. En ik moest leren mijn eigen 'zwakheid' te respecteren. Goed voor mezelf te zorgen. Niet teveel van mezelf te vragen. Die lessen leerde ik echter pas echt toen ik het najaar erop voor de tweede keer ziek werd, de week nadat ik Bianca ten huwelijk had gevraagd. Ik had met eczeem namelijk opnieuw verwaarloosd. Dit keer herkende ik de symptomen gelukkig eerder en durfde ik ook iets eerder om hulp te vragen. Ik realiseerde me toen ook wat ik moest doen om de stress tegen te gaan: schrijven! Daar zal ik echter op ingaan als ik de 'Making of ...' schrijf van 'De Krakenvorst'!
Van deze episode in 2012 heb ik littekens overgehouden. Sommige zijn voor mij goed te zien, namelijk de totaal donkere plek op mijn voet, waar het eczeem heeft gezeten. De vlekken daar zullen waarschijnlijk nooit meer verdwijnen. Gelukkig zit er altijd een schoen overheen. Andere zijn minder opvallend. Mijn rechterbeen heeft namelijk ook een klap opgelopen. Ik moet nu al jaren op warme dagen een steunkous dragen, want de bloedvaatjes zijn door de ontsteking beschadigd. En als ik sneetjes of wondjes oploop, kan de wondroos makkelijk terugkomen. Dit voorjaar nog had ik mijn been gestoten, en kleurde opeens mijn been weer rood, en werd warm. Gelukkig kreeg ik geen koorts, en kon ik door te koelen de zwelling terugdringen. Maar mijn been blijft 'wonky' en zal waarschijnlijk de rest van mijn leven niet blijven meewerken.
Het is voor mij een teken dat het (letterlijk) van levensbelang is dat ik leer mezelf te accepteren, inclusief de terreinen waarop ik mezelf als 'zwak' zie, waar ik denk dat ik eigenlijk harder voor mezelf moet zijn, mezelf moet dwingen te presteren of mee te kunnen komen met de rest. Ik ken uit eigen ervaring de consequenties, en voor mijn vrouw en voor mijn vrienden kan ik het niet riskeren nog eens ziek te worden. Dus heb ik mijn eigen boek nodig.
Ook dit keer is het een preek tegen mezelf. Ik heb het nodig te weten dat het verhaal dat God vertelt niet om mij en mijn prestaties draait, maar dat Hij mij betekenis geeft door zijn liefde, en dat die in geen enkel opzicht van mij afhankelijk is. Het verhaal loopt goed af, dat heeft Hij belooft, en noch mijn zwakheid, noch mijn kracht, kan daar enig verschil in maken. Dat maakt de boodschap van Jezus goed nieuws. Vooral voor mij.
Houd deze plek in de gaten! Volgende week plaats ik een klein voorproefje van mijn boek!
Tijdens het schrijven van dit boek werd ik zelf ook weer met mijn zwakheid geconfronteerd. Zoals mijn vrouw wel eens tegen me zegt: 'Je bent heel hard voor jezelf. Maar in je boek schrijf je juist dat dit niet uitmaakt. Ook al lukt het je niet aardig te zijn voor jezelf, God houdt toch van je en uiteindelijk zal alles goed komen."-of woorden van die strekking. Ze zegt ook wel eens: "Als ik al zo van je kan houden, met al die tekortkomingen die jij in jezelf denkt te zien, dan moet de liefde van God voor jou nog veel groter zijn! Denk je het eens in!" En ik weet dat ze gelijk heeft, maar toch lukt het me niet goed te ontspannen.
Lezers hebben het ook over 'Indrukwekkende Vrijheid' gezegd, dat het leek alsof ik nog tegen mezelf aan het preken was. Dat ik zelf nog niet vrij was toen ik het schreef. Dat klopt! Ik dacht bijvoorbeeld nog dat hetgene waar ik mee worstelde, verslaving of passiviteit was. Dat ik mezelf moest dwingen om goede of nuttige dingen te doen. Nou, laat ik maar zeggen dat ik heb ontdekt dat dit niet echt mijn probleem is. Ik vind het eerder moeilijk tot rust te komen. Vooral omdat ik me veel aantrek van de mening van anderen. Bijvoorbeeld op kantoor.
Zo was 2011 voor mij geen makkelijk jaar. Om te beginnen was de koers van het Tijdschrift voor Diergeneeskunde ingrijpend gewijzigd, van een wetenschappelijk tijdschrift naar een journalistiek vakblad met vaste rubrieken. Daarbij werd veel van mij gevraagd, onder andere om voor een deel van het blad verantwoordelijk te zijn. Aanvankelijk onder een eindredacteur, maar toen die werd ontslagen, bleek ik die verantwoordelijkheid opeens in mijn eentje te moeten dragen. Terwijl ik juist had aangegeven opnieuw last te hebben van slaapproblemen. Elke maand weer moest ik ervoor zorgen dat alle rubrieken gevuld waren, en er niets fout ging met de artikelen. En dat was funest voor mijn nachtrust. Slaap is altijd al mijn achilleshiel geweest, en dit jaar maakte ik opnieuw korte nachten, waarin ik acht of negen keer per nacht wakker werd. En toch ging ik door.
De stress had nog andere symptomen. Ik zweette bijvoorbeeld veel en had vaak hoofdpijn. Elke dag opnieuw kwam rond drie uur de man met de hamer langs. En sinds 2009 had ik ook nog eens last van vrij ernstige eczeem, die ik tot bloedens toe open krabde. Ik had zalfjes voorgeschreven gekregen, maar ik moest er elke dag aan denken die te smeren. En vooral als je toch al slecht slaapt en moe bent, wil dat er nog wel eens bij inschieten. Vooral die plek boven op mijn rechtervoet, toch al uit het zicht. Ik wreef er vaak over met mijn andere hak, en de plek schilferde helemaal af. Ik was er niet goed aan toe. Ik kreeg in die periode verkering met Bianca, en ze was zelfs bang dat ik me kapot zou werken. Ik zag namelijk elke keer dat we elkaar zagen lijkbleek en had elk weekeinde hoofdpijn. Ze kende me ook alleen met van de stress opgetrokken schouders. Ik wist echter niet wat ik eraan kon doen. Het Tijdschrift moest immers elke maand gemaakt worden, ik moest er zijn voor mijn vriendin, en ga zo maar door ... En dan heb ik het nog niet eens over alles wat ik volgens de kerk voor God zou moeten doen of laten!
Bianca had mij dus eigenlijk alleen maar gespannen (of zelfs overspannen) meegemaakt. Tot maart 2012 (toen we dus al meer dan vier maanden verkering hadden). Toen had ik namelijk een week vrij genomen om een begin te maken aan mijn boek. Op onze vaste avond samen ging ik naar onze ontmoetingsplek op Utrecht CS. En Bianca's ogen werden groot. Want nu zag ze me met ontspannen schouders, en een rustig gezicht. Zelfs mijn stem was volgens haar anders. Zoveel effect had het dus op me om met schrijven bezig te zijn!
Na die week moest ik echter terug naar kantoor. Ik schreef in de trein en in de lunchpauze en schoot aardig op. Maar mijn slaap werd wel weer slechter. En het eczeem op mijn voet bleef ik open krabben. Tot ik eind april ziek werd. Het begon met plotselinge koorts tijden een redactievergadering. Ik voelde me heel beroerd. De dag erna was ik weer goed genoeg om naar kantoor te gaan, maar 's middags keerde de koorts terug. Ik meldde me ziek. De treinreis was een marteling. Maar eigenwijs als ik was, dacht ik dat het vanzelf wel over zou gaan met genoeg paracetamols, dus ik nestelde me op de bank met de film Les Miserables uit 1998. Het was erg raar Fantine aan koorts te zien overlijden, terwijl ik duizelig op de bank zat. De volgende dag was het niet beter. De thermometer gaf 39,5 aan. Maar ik bleef hopen dat het wel mee zou vallen. Ik lag op bed, en had een fles water op de kast in de buurt gezet, maar ik voelde me te zwak om te gaan zitten en te drinken. Ik kon niks anders dan liggen. Berichtjes van mijn vriendin via facebook beantwoordde ik met eenregelige zinnen - niet met hele epistels zoals gebruikelijk. En mijn voet deed ondertussen ook pijn, maar ik keek er niet naar.
De dag erna was het nog steeds niet beter. En toen belde ik mijn ouders -allebei huisarts. Ik durfde bijna niet te vertellen dat ik dacht dat er iets met mijn been aan de hand was, omdat ik bang was dat ze me zouden zeggen dat ik niet goed voor mezelf gezorgd had, dat ik had moeten smeren, of iets dergelijks. Maar niets van dat alles gebeurde. Ze kwamen naar me toe, twee man sterk, en bekeken mijn been. Dat was helemaal rood en opgezwollen. Tot bijna twee keer de normale omtrek. Als ik erop ging staan, leek het alsof ik met naalden werd gestoken. Ik kon me bijna voorstellen hoe het was gemarteld te worden.
Wat was er aan de hand? Mijn ouders wisten het, ook al het ik er nooit van gehoord, maar daar waren zij huisarts voor: wondroos. Erysipelas. Als je een sterke maag hebt, moet je er maar eens op googelen, maar de plaatjes zijn niet prettig. Een bacteriële infectie van de diepe lagen van de huid. Waarschijnlijk het lichaam binnengekomen via de eczeemplek. En zonder antibiotica kan het dodelijk aflopen. Ik had bijvoorbeeld in shock kunnen raken. Of het weefsel had kunnen gaan afsterven! Gelukkig waren we er op tijd bij. Ik werd door mijn ouders meegenomen. Ik kreeg een zware antibioticakuur. Mijn been werd steeds gekoeld en ingezwachteld, om de druk te verminderen. Ik was, eigenlijk voor het eerst in mijn leven, werkelijk doodziek.
Langzaam ging het beter. De pijn nam af, mijn been was steeds minder opgezwollen, en de rode kleur trok een beetje weg. Ik kon er ook al een beetje op lopen. En zodra ik goed genoeg was om rechtop te zitten, ging ik verder met schrijven. Want uitzieken (of mezelf rust gunnen) zit niet in mijn systeem. Twee weken nadat ik ziek werd (mijn ouders vonden het eigenlijk nog te vroeg, want ik zat nog onder de antibiotica en was na een treinreis al doodmoe) ging ik naar kantoor. Die eerste dag was echter een ramp. Opmerkingen die ik kreeg, suggereerden dat ik me al eerder beter had moeten melden, dat ik te makkelijk met mijn ziekte was omgegaan. En ik voelde me daardoor zo wanhopig, dat ik spijt had dat ik op de vijftiende verdieping woonde. Want voor het eerst drong serieus de gedachte zich bij me op om over de reling van het balkon te springen. Ik wist die gelukkig dezelfde avond nog te verdringen. Zo belangrijk is mijn werk nou ook weer niet. Maar deze gedachten suggereerden wel hoe gevoelig ik nog steeds was voor kritiek. Hoe gevoelig ik was door anderen 'zwak' gevonden te worden.
De weken erna schreef ik mijn boek af. Ik had in de praktijk ondervonden wat het is 'zwak' te wezen. Niets anders te kunnen dan op bed liggen en voor me te laten zorgen. Mijn zelfverwaarlozing te laten zien, zonder bang te zijn voor oordeel, en met de gevolgen te leren omgaan. En ik moest leren mijn eigen 'zwakheid' te respecteren. Goed voor mezelf te zorgen. Niet teveel van mezelf te vragen. Die lessen leerde ik echter pas echt toen ik het najaar erop voor de tweede keer ziek werd, de week nadat ik Bianca ten huwelijk had gevraagd. Ik had met eczeem namelijk opnieuw verwaarloosd. Dit keer herkende ik de symptomen gelukkig eerder en durfde ik ook iets eerder om hulp te vragen. Ik realiseerde me toen ook wat ik moest doen om de stress tegen te gaan: schrijven! Daar zal ik echter op ingaan als ik de 'Making of ...' schrijf van 'De Krakenvorst'!
Van deze episode in 2012 heb ik littekens overgehouden. Sommige zijn voor mij goed te zien, namelijk de totaal donkere plek op mijn voet, waar het eczeem heeft gezeten. De vlekken daar zullen waarschijnlijk nooit meer verdwijnen. Gelukkig zit er altijd een schoen overheen. Andere zijn minder opvallend. Mijn rechterbeen heeft namelijk ook een klap opgelopen. Ik moet nu al jaren op warme dagen een steunkous dragen, want de bloedvaatjes zijn door de ontsteking beschadigd. En als ik sneetjes of wondjes oploop, kan de wondroos makkelijk terugkomen. Dit voorjaar nog had ik mijn been gestoten, en kleurde opeens mijn been weer rood, en werd warm. Gelukkig kreeg ik geen koorts, en kon ik door te koelen de zwelling terugdringen. Maar mijn been blijft 'wonky' en zal waarschijnlijk de rest van mijn leven niet blijven meewerken.
Het is voor mij een teken dat het (letterlijk) van levensbelang is dat ik leer mezelf te accepteren, inclusief de terreinen waarop ik mezelf als 'zwak' zie, waar ik denk dat ik eigenlijk harder voor mezelf moet zijn, mezelf moet dwingen te presteren of mee te kunnen komen met de rest. Ik ken uit eigen ervaring de consequenties, en voor mijn vrouw en voor mijn vrienden kan ik het niet riskeren nog eens ziek te worden. Dus heb ik mijn eigen boek nodig.
Ook dit keer is het een preek tegen mezelf. Ik heb het nodig te weten dat het verhaal dat God vertelt niet om mij en mijn prestaties draait, maar dat Hij mij betekenis geeft door zijn liefde, en dat die in geen enkel opzicht van mij afhankelijk is. Het verhaal loopt goed af, dat heeft Hij belooft, en noch mijn zwakheid, noch mijn kracht, kan daar enig verschil in maken. Dat maakt de boodschap van Jezus goed nieuws. Vooral voor mij.
Houd deze plek in de gaten! Volgende week plaats ik een klein voorproefje van mijn boek!