De film Speed Racer uit 2008 was nou niet echt bepaald een hoogtepunt uit de geschiedenis van de bioscoop. Maar toch zitten er stukjes dialoog in waar ik nog steeds aan terugdenk. Zoals de volgende, waarbij vader Racer aan zoon Speed vraagt: "Do you think you can drive a car and change the world? It doesn't work like that!" Speeds antwoord is: "Maybe not. But it's the only thing I know how to do, and I got to do something." Zelfs al denkt zijn familie dat zijn racen nutteloos is, hij doet wat hij weet dat hij moet doen. En uiteindelijk komt zijn familie achter hem staan, en helpt hem de overwinning te halen. Maar hij wacht niet tot hij de goedkeuring van zijn ouders heeft om te doen wat op zijn hart ligt!
Nog iemand anders die deed wat hij moest doen ook al werd hij niet bevestigd door zijn familie: Jezus. Hij weigert naar Jeruzalem te gaan, maar in Johannes 7 dringen zijn broers aan: ‘Blijf toch niet hier, ga naar Judea; dan zien ook je leerlingen het werk dat je doet. Niemand doet toch iets in het geheim als hij bekend wil worden. Als je dit soort dingen doet, laat je dan zien aan de wereld.’ Het lijkt goed advies, maar het kwam voort uit een gebrek aan vertrouwen in Jezus. Er direct na staat namelijk: "Ook zijn broers geloofden namelijk niet in hem." En dus liet Jezus zich niet manipuleren. Hij weigerde te voldoen aan de valse verwachtingen die zij in hun ongeloof over hem koesterden. Hun oordeel bepaalde niet zijn gedrag. "Gaan jullie maar naar het feest; ik ga niet, omdat de tijd voor mij nog niet rijp is."
In een ander gedeelte komen zijn moeder en broers hem opzoeken terwijl hij aan het spreken is tot een groep mensen. De culturele verwachting van die tijd was dat een man alles wat hij aan het doen was onderbrak om zijn moeder te woord te staan. Maar Jezus conformeert zich daar niet aan. De relatie die hij op dat moment had met de mensen om hem heen was belangrijker. "Wie is mijn moeder en wie zijn mijn broers?" vraagt hij. "Hij maakte een gebaar naar zijn leerlingen en zei: ‘Zij zijn mijn moeder en mijn broers. Want ieder die de wil van mijn Vader in de hemel doet, is mijn broer en zuster en moeder." (Matteüs 12).
Ook in het verhaal van de bruiloft van Kana (Johannes 2) dringt Jezus' moeder er bij hem op aan een wonder te doen, maar laat hij zich niet manipuleren. "Mijn tijd is nog niet gekomen." Jezus is zich bewust van wie Hij is en wat zijn missie is. Daar laat hij zich door leiden, niet door de verwachtingen en eisen van anderen, niet door culturele en sociale mores, niet door wat 'goed en passend' is of wat 'hoort'. Ook naar zijn discipelen toe is hij hier heel streng over. Iemand komt bij hem en zegt dat hij Jezus wil volgen. "Maar sta me toe dat ik eerst afscheid neem van mijn huisgenoten." Hij wil voldoen aan de verwachtingen van zijn familie. "Jezus zei tegen hem: ‘Wie de hand aan de ploeg slaat en achterom blijft kijken, is niet geschikt voor het koninkrijk van God." (Lucas 9:62). Dat zal hard zijn aangekomen. Deze man liet zich tegenhouden door de eisen die anderen aan hem stelden. De verwachtingen van zijn omgeving waren zijn ijkpunt, daar keek hij naar om te zien of wat hij deed wel goed was, of hij op de juiste weg was. Als hij afweek van wat zijn familie wilde, waren zijn keuzes verkeerd. Maar bij het ploegen oriënteer je jezelf niet op wat achter je ligt. Als je dat doet, maak je alleen maar scheve voren. Je richt je op het land dat voor je ligt, daar ga je op af. Paulus herhaalt dit in Filippenzen 3:14: "Maar één ding (doe ik): vergetende hetgeen achter mij ligt en mij uitstrekkende naar hetgeen vóór mij ligt, jaag ik naar het doel, om de prijs der roeping Gods, die van boven is, in Christus Jezus."
Willen voldoen aan de verwachtingen van anderen, ook al zijn het je ouders, je broers, je vrienden of je collega's, maakt je altijd onvrij. Wat je vrijmaakt is een visie te hebben waar je boven alles naar verlangt, wat je in staat stelt om niet te luisteren naar aanklachten, beschuldigingen, verwijten en manipulatie van je omgeving. Ik geloof dat dit is waarom Jezus zegt (in een van de moeilijkst te begrijpen bijbelverzen): "Indien iemand tot Mij komt, en niet haat zijn vader en moeder en vrouw en kinderen en broeders en zusters, ja zelfs zijn eigen leven, die kan mijn discipel niet zijn." (Lucas 14:26). Natuurlijk gaat het hier niet om 'een afkeer hebben van', of 'willen dat ze dood waren', of 'niks meer mee te maken willen hebben'. De bijbel roept ons op van mensen te houden, zelfs van onze vijanden! Onze naaste liefhebben en God boven alles is onze opdracht. De Nieuwe Bijbelvertaling geeft het weer als 'breken met zijn vader en moeder en vrouw et cetera', maar dat lijkt ook weer op 'de relatie verbreken'. En dat lijkt me ook niet wat Jezus kan bedoelen. Een deel van het geheim ligt in het vers dat hierop volgt: "Wie niet zijn kruis draagt en mij op mijn weg volgt, kan niet mijn leerling zijn." Het 'haten' waar Jezus over spreekt is dus een soort 'sterven'. Volgens mij wil dat zeggen dat vader, moeder, vrouw, kinderen, broeders en zusters, ja zelfs het eigen leven, geen invloed meer op je hebben. Dat jouw leven daar niet meer door bepaald wordt. Dat je ervoor 'gestorven' bent. Dat wil niet zeggen dat je niet van ze houdt, en ook niet dat je je niet voor ze inzet, maar dat doe je niet meer omdat ze een claim op je hebben, of omdat zij je daartoe dwingen of manipuleren. Je doet het uit vrijheid. Jouw keuzes worden niet meer beïnvloedt door partijen buiten je. Zelfs niet meer door de zelfzuchtige eisen van je eigen lichaam dat roept om veiligheid boven alles en niets liever wil dan elk risico vermijden.
Om op een assertieve manier te zeggen tegen deze partijen: "Ik houd van je, ik begrijp dat je deze en deze verwachtingen van me hebt, maar ik kan die niet voor je waarmaken. Dit is namelijk wat ik moet doen en dat ga ik doen." Dat is het sterven waar Jezus over spreekt. Dit is moeilijk en pijnlijk. Het kost bloed, zweet en tranen. Je zult worden geconfronteerd met beschuldigingen, mensen zullen je de rug toekeren, ze zullen je niet begrijpen en ze zullen misschien het contact verbreken. Jezus vergelijkt het niet voor niets met een kruisiging. Maar het is wat je moet doen om het leven en de vrijheid te vinden die God voor je in gedachten heeft. Wat God over je zegt, wat God aan verlangens in je hart heeft gelegd, zijn karakter en zijn natuur, dat is het ijksnoer van je leven. Dat is waar je je op moet richten. En niet op de verwachtingen van mensen. Als jij weet dat je moet autorijden, dan moet je dat doen. Ook al zegt de hele wereld dat het geen effect kan hebben, dan het geen zin heeft, of dat er niks mee bereikt wordt. We zeggen: "What I do is me, for that I came!" - zoals in het gedicht van Gerard Manley Hopkins.
Breken met de verwachtingen van anderen is iets dat je zelf moet doen. Je kunt het niet neerleggen bij de ander zelf. Je kunt niet van de ander verwachten dat die ophoudt verwachtingen te stellen. Dan val je in precies dezelfde valkuil. Je kunt jouw probleem niet bij hem of haar neerleggen, want dat is precies wat hij of zij bij jou doet. Als je reageert uit woede of frustratie laat je zien dat je nog steeds anderen de schuld geeft, dat je nog steeds de ander verantwoordelijk acht voor wat jij doet en bent. Het is goed om te begrijpen welke processen er hebben gespeeld in je opvoeding (en misschien nu nog steeds spelen) en hoe dat je beslissingen heeft gevormd en nog steeds vormt. Maar je hoeft niet te wachten op volledig begrip en begrijpen is in zichzelf niet de oplossing. Je kunt het verleden namelijk niet veranderen. Je kunt de ander in het heden niet veranderen. Je kunt alleen ervoor kiezen om zelf anders te gaan handelen. En zelfs dat is beperkt: je kunt niet jezelf veranderen, je kunt niet met een knip van je vingers je totale persoonlijkheid omgooien. Je kunt ook aan jezelf niet verwachtingen stellen - je moet sterven aan je eigen leven. Wat je kunt is in dit moment, op deze plek waar je bent, kiezen voor de waarheid. Niet gisteren (dat is voorbij), niet morgen (dat is er immers nog niet), maar vandaag kun je doen wat goed is, kun je jezelf zijn.
De goede verstaander heeft wel begrepen dat dit dingen zijn waar ik zelf mee worstel. Deze blog is echter niet de plek om die worstelingen uit de doeken te doen (er zijn namelijk nog andere personen dan ik bij betrokken). Ik sluit af met een stukje uit het boek The Mom Factor van dr. Henry Cloud en dr. John Townsend: "Remember the bumper sticher: 'I'm mad as hell, and I'm not taking it anymore!'? No one knew what the driver was mad about, but we all identified with the feeling. The truth is: you don't have to take it anymore. You don't have to let other adults parent you. but that requires the first step: Get sick and tired of being sick and tired. If you are living under the demands and expectations of people, feeling judged every time you don't do what they think you should, you are probably sick and tired. But are you sick and tired to do something about it? This is the point of change - when you realize you have been trying to please parent figures long enough and want to be your own adult. When you get to this point, the time has come for a revolution. It is time to revolt and establish your own government inside. Use your anger and tiredness to fuel the revolution." Dat is waar ikzelf me bevind. Ik ben er moe van zo moe te zijn. Ik ben er moe van te moeten voldoen aan andermans idealen. Ik ben er moe van de oudste broer te zijn. Ik wil vrij zijn. Ik wil mezelf zijn. Ik wil leven.