Ik was vanmorgen in de kerk. Nu geloof ik dat de Kerk (met hoofdletter 'K') een realiteit is die onafhankelijk is van onze gebouwen en definities, en dat we deze realiteit overal ervaren waar we met 'twee of drie' samen zijn en het goede nieuws van Gods koninkrijk met elkaar delen. Maar vanochtend was ik weer eens naar de gemeente waar ik tot een jaar geleden bijna elke zondag kwam. Ik denk namelijk wel dat het goed is om op een regelmatige basis doelbewust samen te komen met andere gelovigen, en ik merkte dat ik dat de laatste tijd toch wel had gemist. En bovendien wist ik dat de zangdienst zou gaan over Gods grootheid in de schepping (geleid door wetenschapper/zangleider Cees Dekker) en dat de preek zou worden verzorgd door jongerenwerker Samuel Gerrets, met wie ik onder andere een liefde voor comicbooks en anime deel.
Ik moest wel wat overwinnen om weer in het gebouw binnen te stappen, na lang afwezig te zijn geweest. Toevallig (?) trof ik in de entree oud kringgenoten die een paar jaar geleden naar Vaassen waren verhuisd en deze ene zondag weer een keer in Delft waren, en bij de keuken stond een vriend van me op koffie te wachten, en ik kon naast hem zitten in de kerk. Het was een prachtige dienst. De aanbidding was inderdaad indrukwekkend, vooral omdat de zangleider beelden van de Hubbletelescoop en andere foto's van planeten en sterren bij de teksten projecteerde (waarbij ik mijn vriend naast me verbaasde met mijn astronomische kennis - 'Hee dat is de maan Europa! En dat is Io!').
En de preek was ook mooi - het thema was 'feest' - en ik denk dat het uniek was in de geschiedenis van deze kerk dat er op het podium een letterlijk Nederlands verjaardagsfeestje werd gevierd (compleet met chips en cola en verjaardagshoedjes). Het was hilarisch!
Maar de boodschap van Samuel was wel serieus - namelijk dat we het een beetje verleerd lijken te zijn om feest te vieren. De joden kunnen dat wel - ze hebben een kalender vol feesten! En wij zitten maar in een kringetje onze koffie te drinken ... De mooiste feesten, zei Samuel, zijn die feesten waarbij het karakter van de jarige, of de jubilaris, of het pas getrouwde stel, tot uiting komt en gevierd wordt - in de muziek, of in de speeches of in de stukjes, of gewoon door aan elkaar te vragen: "Hee, waar ken jij die en die eigenlijk van?"
Prachtig: ik denk dat de samenkomsten van de kerk ook bedoeld zijn als feesten (compleet met eten, als ik 1 Korintiers mag geloven) waarin de grootheid van God gevierd wordt, waarbij we aan elkaar vertellen wat Hij voor ons betekent, hoe we Hem hebben leren kennen, en waar Zijn karakter zichtbaar wordt. Het draait bij een feest niet om de bezoeker, maar om de reden waarom feest wordt gevierd. Dat maakt het avondmaal ook zo'n belangrijk onderdeel van het kerk. Jezus stelde het in, zodat zijn volgelingen aan Hem zouden denken als ze bij elkaar waren. Maar het was oorspronkelijk niet een statig ritueel, maar onderdeel van een maaltijd. Ik moest eraan denken toen bij het feestje op het podium chips en cola werden uitgedeeld. Brood en wijn zouden niet (of niet standaard) de aanleiding moeten zijn voor stille, zwaarmoedige overpeinzingen, maar zouden als het ware de 'smeerolie' moeten zijn van ons samenzijn, we zouden het avondmaal als een feest moeten vieren! Misschien inderdaad samen eten - zoals de eerste christenen dat deden. We hebben reden genoeg om feest te vieren - we vieren een goede boodschap!
Maar waarom ervaren we dan de reguliere kerkdienst zo weinig als een 'feest'? Ik zelf (ook al genoot ik van de dienst vanmorgen) zou het samenzijn niet als feest beschrijven, ondanks de feestelijke muziek en de boeiende preek waarbij veel werd gelachen. Als ik naar een concert ga, noem ik dat ook niet een feest. En als ik naar een cabaretvoorstelling ga, of een lezing, noem ik dat ook geen feest. Zulke bijeenkomsten hebben een ander karakter. Ze zijn eenrichtingsverkeer: van het podium naar de zaal. Oh, je kunt meezingen, en je kunt reageren op de toespraak, maar wat ontbreekt voor echte feestelijkheid is interactie. Het kan best zijn dat er tijdens een concert of een voorstelling een 'feeststemming' ontstaat. Maar dat gebeurt pas als de aandacht van de bezoekers niet meer op het podium is gericht, maar op elkaar. Als bijvoorbeeld het publiek gaat dansen, en als er opeens een polonaise wordt gehouden. Ik heb op deze blog eerder geschreven over de metafoor van de dans: bij dansen is er sprake van op elkaar reageren, elkaar aanvullen. Dans is in essentie iets relationeels, iets gemeenschappelijks. Ik denk dat daarom de joodse vieringen ook veel feestelijker zijn dan de onze: ze dansen erbij! Dat kan heel gestileerd en vormelijk zijn, maar er is in elk geval (ook al worden er rituelen gevolgd) interactie met elkaar. Een feest, of het nu een polonaise is tijdens een concert van Jan Smit, of een rituele dans op een Joodse bruiloft, ontstaat als mensen ophouden individueel met de muziek of de boodschap bezig te zijn, maar de muziek of de boodschap met elkaar gaan delen. Er ontstaat een geheel dat meer is dan de som van de delen - een gemeenschap, een community.
Samuel las tijdens zijn preek bijvoorbeeld een heel aantal reacties voor van twitteraars, die hadden gereageerd op zijn vraag 'Wat is er nodig voor een goed feest?' - de rode draad was toch: gesprekken, goede contacten, leuke mensen. Ik hoorde ook dat het uit onderzoek zou zijn gebleken dat mensen op een feest toch het meest genieten van gesprekken, en ik weet dat het in elk geval voor mij zelf geldt. Ik geniet ervan om met mensen te praten op een feestje. De mooiste momenten op mijn eigen verjaardagsfeestjes zijn als de meeste mensen al weer weg zijn en ik niet meer met eten en drinken heen en weer loop, maar als er nog een groepje van drie, vier of vijf over zijn. Dan zijn de goede gesprekken er opeens, gesprekken van hart tot hart, het ene moment oppervlakkig, het andere moment diepgaand. En je voelt je dan opeens met die anderen verbonden - je voelt je een gemeenschap. Alle andere aspecten die horen bij het feest (eten, drinken, muziek) ondersteunen de relaties, ze dienen er allemaal toe het onderlinge contact mogelijk te maken. Anders gezegd: het gaat tijdens het feest niet om het eten, het drinken of de muziek, het gaat om de mensen.
En dat is wat ik mis in de reguliere kerkdienst, hoe mooi de muziek ook is, en hoe mooi de preek ook is - ik mis de relatie, ik mis de interactie met mijn mede gelovigen, ik mis de dans. En daarom blijf ik erbij dat ik eigenlijk twee opties zie: of een vorm van relationele kerk/huiskerk, waarbij een kleine groep mensen bij elkaar komt, het leven samen deelt, en elkaar over Jezus vertelt - eventueel in combinatie met samen eten. Of een traditionele kerk waarbij de aanwezigen via de rituelen samen de liturgie vieren, samen opstaan, samen knielen, samen de woorden van het evangelie uitspreken - katholiek of orthodox of anglicaans. Want ook een gestileerde, rituele dans blijft een dans. De onderlinge verbinding is in beide vormen belangrijk. Zolang we maar niet in ons eentje naar het podium hoeven blijven kijken. Zolang er maar sprake is van echte gemeenschap. Dan is het feest.
Ik heb me voorgenomen om kortere berichten op mijn blog te gaan schrijven, daarom houd ik het voor nu hierbij. Later deze week hoop ik te schrijven over een tweede aspect dat Samuel in zijn preek aanhaalde, namelijk dat bij een echt gezellig feest niet een enkel persoon al het werk hoeft te doen (omdat die dan niet van het feest kan genieten), maar iedereen iets bijdraagt ...