maandag 11 juli 2011

Filmbespreking: Hereafter

Clint Eastwood begon als acteur, onder andere in westerns en politiefilms. Maar zijn tweede carriere als regisseur is minstens zo indrukwekkend. Eastwood heeft meerdere oscars op zijn naam staan. Oplettende kijkers vinden in zijn films vaak religieuze thematiek terug - hoewel hij niet altijd even positief is over de kerk. Hoewel hij al lang de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, blijft hij doorgaan met regisseren. Zijn laatste film gaat over de mogelijkheid van het leven na de dood. Is dat omdat Eastwood zelf steeds meer met zijn sterfelijkheid wordt geconfronteerd? Vraagt hij zichzelf af wat er met hem zal gebeuren? Dat zou uit een interview moeten blijken natuurlijk, want iemands creatieve werk hoeft niet zijn of haar persoonlijke overtuigingen te weerspiegelen. Toch zou het vreemd zijn als een overtuigde atheist deze film zou hebben gemaakt, want juist een overtuigde atheist moet in deze film haar ongelijk wat betreft het voortbestaan van de ziel toegeven. Maar, zoals ik zal laten zien, het gaat in deze film eigenlijk helemaal niet over de natuur van het leven na de dood, of er wel een ziel is, en of God bestaat. De karakters in deze film worstelen met heel andere vragen. Niet over het bestaan van het leven na de dood, maar over de zin van het leven nu, voor de dood. Alle drie de hoofdpersonen hebben de zin om te leven verloren. Ze leven wel, komen hun dagen wel door, maar meer ook niet. Ze willen weten waarom leven beter is dan dood zijn, waarom ze initiatief kunnen blijven nemen, waarom ze op Aarde zijn. Ze zijn elk op hun eigen manier geconfronteerd met de eindigheid van het bestaan - een paar schamele jaren, waar elk moment een punt achter kan worden gezet. En nu vragen ze zich af wat dan nog de betekenis is van de tijd die ze op Aarde hebben. Hebben al hun activiteiten en inspanningen wel zin? Of is het allemaal maar lucht en leegte (of ijdelheid)?

De Franse journaliste Marie is op vakantie in Zuid-Oost Azië met haar minnaar. Haar omstandigheden lijken idyllisch. Thuis zit haar carriere in de lift: ze prijkt zelfs op de reclameborden van een telefoonbedrijf. Dan wordt de droom ruw verstoord. Een tsunami werpt zich op de kust en sleurt huizen, bomen, auto’s weg. Marie bevindt zich in het pad van de golf en wordt meegetrokken. Ze dreigt te verdrinken, maar wordt net op tijd gered en wordt herenigd met haar geliefde. Terug in Frankrijk kan ze zich echter niet op haar werk concentreren. Waarom stierven miljoenen mensen, en bleef zij in leven? Waarom werd zij gereanimeerd, maar verdronk het jonge meisje dat zij had willen redden? Is het allemaal toevallig wie er leeft en wie er sterft (zoals Prediker zegt in de bijbel: tijd en toeval treffen allen)? Is het leven daarom zinloos? Of is ze met een reden gespaard gebleven? En wat heeft dat te maken met het visioen dat ze zag toen ze onder water was?
In Engeland zijn de jongens Marcus en Jonas, een tweeling van tien, niet van elkaar te scheiden. Samen zorgen ze voor hun verslaafde moeder en proberen ze de jeugdzorg tevreden te stellen. Ze hebben het goed voor elkaar. Maar een tragisch ongeluk berooft Jonas van het leven. Marcus blijft alleen achter. Maar zijn broer stierf omdat hij een taak op zich had genomen die eigenlijk Marcus’ verantwoordelijkheid was. Wat als hij naar de apotheek was gegaan in plaats van Jonas? Was dan hetzelfde gebeurd? Had niet Jonas moeten sterven, maar hij? Hoe kan hij doorgaan met leven als hij eigenlijk dood had moeten zijn?
En in San Francisco probeert George (gespeeld door de meesterlijke Matt Damon) een nieuwe carriere op te bouwen als fabrieksmedewerker. Zijn broer probeert hem er echter van te overtuigen zijn vroegere baan weer op te nemen: medium. Na een bijna dood ervaring als kind bleek George namelijk in staat om de doden te zien en te horen. Hij vindt dat echter geen zegen, maar een vloek. Zijn ‘gave’ verhindert hem namelijk een normaal leven te leiden. Waarom moest hem zoiets overkomen? Waarom moest hij met zoiets worden opgezadeld. Als een Jona vlucht hij naar de andere kant van de wereld, maar het lijkt erop dat hij niet aan zijn bestemming kan ontkomen ...

Clint Eastwood maakt eigenlijk altijd films die de moeite waard zijn. Vaak goed geacteerd, niet te overdreven, met verhalen waar je over na kan denken. Dat geldt mijns inziens ook voor deze film. De drie verhaallijnen hadden elk hun eigen omgeving, die passend was weergegeven. Mij viel ook het gebruik van licht en schaduw op. Vaak was bijvoorbeeld van Matt Damons gezicht maar een helft beschenen - mogelijk een weerspiegeling van zijn worsteling met zijn identiteit: zegen of vloek. Het is echter niet Eastwoods beste film. Vooral het jongetje was niet heel sterk geacteerd. De vloedgolf in het begin was iets te duidelijk een computeranimatie, en het einde is ook (helaas) niet heel sterk. Maar als je niet al te hoge verwachtingen hebt, biedt deze film toch genoeg aanknopingspunten voor interessante overdenkingen.

Ik ga het hier niet hebben over de vraag of het leven na de dood, zoals dat in deze film is weergegeven, overeenkomt met de christelijke toekomstverwachting. Over dat laatste heb ik op deze blog al vaak genoeg geschreven. Het enige waar ik op wil wijzen is dat in deze film God niets te maken heeft met dit leven na de dood. Hij lijkt niet in het verhaal voor te komen. Het voortbestaan van de ziel is hier iets dat wetenschappelijk onderzocht kan worden en ook wordt (ik moest aan Pim van Lommel denken). Maar dat betekent niet dat God er niet in voorkomt. Alleen op een andere manier dan je zou denken. De vraag van de hoofdpersonen is namelijk niet naar het al dan niet bestaan van het leven na de dood - de vraag is naar het ‘waarom’ van dit leven. Ze ervaren hun leven als zinloos. Betekenisloos. Een aaneenschakeling van toevalligheden. Momenten zonder samenhang. Wat ze zoeken is iets dat hun leven weer een geheel maakt, iets dat die schijnbaar betekenisloze momenten aaneenrijgt als een parelketting, dat hun bestaan een geheel maakt. Anders gezegd: ze willen hun leven zien en ervaren als een verhaal, niet als iets toevalligs. Maar wat maakt van series gebeurtenissen een verhaal? De ontknoping. Kijk maar naar boeken en films: het is het slot - waarin verhaallijnen bij elkaar komen, waarin hoofdpersonen elkaar ontmoeten, waarin mensen vinden wat ze zochten, of juist hun illusies kwijtraken - dat een verhaal tot een verhaal maakt. Toevalligheden houden op toevalligheden te zijn als ze blijken bij te dragen aan de ontknoping. Passanten worden karakters als ze de uitkomst beïnvloeden. Een verhaal meandert niet doelloos voort en eindigt dan opeens, nee, een verhaal gaat ergens naar toe. Het staat of valt met het einddoel, met het einde. Dat hoeft niet een ‘happy end’ te zijn - tragedies kunnen ook mooie verhalen zijn - maar het moet wel een passend einde zijn. Een passend ‘denouement’ zoals ze dat in het Frans zeggen.
Wat de karakters in dit verhaal zoeken is een blik op de ontknoping, een blik op het denouement, waardoor ze het verhaal van hun leven kunnen vatten, en er weer zin in krijgen. Maar die ontknoping, die betekenis, kan niet afkomstig zijn van binnen onze werkelijkheid. Het passende einde van het verhaal is afhankelijk van de verteller - en die bevindt zich buiten het verhaal. Dat is zo bij de verhalen die wij elkaar vertellen, in boeken, films en op televisie: ze zijn door iemand bedacht, iemand die niet zelf tot de wereld van het verhaal behoort. En zo is het ook in ons leven: als deze wereld alles is dat er is, als er niet een dimensie is boven de materiele werkelijkheid, buiten de gebeurtenissen, is er geen verhaal. Dan is alles inderdaad toeval, en loopt ons bestaan niet uit op een betekenis gevend denouement. Dan kunnen we inderdaad beter ‘eten en drinken, want morgen sterven wij’. Omdat wij ons binnen het verhaal bevinden, kunnen wij de clou van het verhaal niet zelf ontdekken. Die moet ons geopenbaard worden - van buiten het verhaal. En dat gebeurt in deze film: de hoofdpersonen ontdekken de zin van hun leven door het contact met het hiernamaals, met de wereld buiten het verhaal. Ze krijgen een openbaring. Het wordt ze duidelijk gemaakt dat wat ze doen betekenis heeft, dat ze een rol te vervullen hebben. En dat geeft ze de moed om te leven, om relaties aan te gaan, om  een nieuw bestaan op te bouwen.
Als christen geloof ik dat de wereld een verhaal heeft, en dat mijn leven ook een verhaal is. En ik geloof ook dat de auteur van het verhaal het einde ervan heeft geopenbaard. Een einde dat niet van ons afhangt, maar van hem zelf, omdat hij ook karakter is geworden in het verhaal. Hij is mens geworden. Hij heeft het juk op zich genomen de hoofdpersoon te zijn, de held op wiens schouders het plot rust. En wij worden in zijn verhaal opgenomen. Ons leven wordt opgenomen in de grote ontknoping, de wederoprichting van alle dingen, het happy end. Omdat we dat weten heeft alles wat we doen en meemaken betekenis - niets uitgezonderd. (Dit is een wel heel kernachtige samenvatting, maar hee, ik ga hier een heel boek over schrijven, dus jullie zullen er over een tijdje meer over kunnen lezen!).

Op welke manier wordt God dus zichtbaar in dit verhaal? Niet in het leven na de dood - de bijna dood ervaringen horen tot dit verhaal, ze zijn er zelf onderdeel van. Het hiernamaals geeft de levens van de personen in dit verhaal betekenis, maar niet het verhaal zelf. Dit verhaal zou nog steeds een aaneenschakeling van toevalligheden kunnen zijn, een samenraapsel van momenten en karakters. Maar dat is het niet. Ook dit hele verhaal (en dus niet alleen de levens van de hoofdpersonen) werkt toe naar een ontknoping, een denouement. De drie schijnbaar onafhankelijke verhaallijnen komen samen. De hoofdrolspelers blijken allemaal nodig om het einde te bewerkstelligen. Het lijkt toeval. Waarom zijn de drie op hetzelfde moment in dezelfde stad? Waarom komen ze elkaar tegen? Maar het klopt wel - het is een passend einde. En daarin wordt de hand zichtbaar van de Auteur, degene die het Grote Verhaal vertelt, en aan alle gebeurtenissen en alle personen betekenis geeft. Het is de hand van de Voorzienigheid (geen onpersoonlijke kracht, maar de Persoonlijke Liefde zelf) die alles leidt. Ik moet denken aan wat Gandalf zegt tegen Frodo in The Fellowship of the Ring: “There are other forces at work in this world Frodo, besides the will of evil. Bilbo was meant to find the Ring. In which case, you were also meant to have it. And that is an encouraging thought.” We kunnen op de auteur vertrouwen. Wat er ook gebeurt: ons leven heeft betekenis.